Niet-pluisfase

Bij het tijdig signaleren van dementie is laagdrempelige informatie en voorlichting over de ziekte van groot belang. Begrijpelijke publieksinformatie voor mensen met dementie en hun naasten. Ga er maar aan staan! Hoe zorg je er samen voor dat mensen goed geïnformeerd zijn over de ziekte en het aanbod (regionaal of lokaal)?

Op 30 oktober organiseerde Dementiezorg voor Elkaar een bijeenkomst over de inzichten en kenmerken van de niet-pluisfase bij dementie. Lees hier het verslag.

Gelukkig hoef je niet alles zelf te bedenken. Er is al veel begrijpelijke publieksinformatie en er zijn tal van handige materialen en tools voor diverse doelgroepen. DvE zette ze voor je op een rij, ga direct naar:

Goede voorlichting geven, hoe doe je dat?

1. Welke boodschap wil je overbrengen?

Voorlichting niet-pluisfase

Bedenk allereerst goed wat de boodschap is die je wilt overbrengen en aan wie.

  • Wat is je doel? Wil je dat mensen actie ondernemen, zorg dan voor een handelingsperspectief in je boodschap. Wil je enkel informeren, dan is het aanbieden van informatie voldoende.
  • Ga in gesprek met, of bedenk wat je al weet van, de doelgroep. Het gebruiken of maken van een persona kan je ook helpen om je doelgroep beter in kaart te brengen.
  • Kijk welke partijen bij jou in de regio al in contact staan met de doelgroep(en). Zijn er kansen voor samenwerking?

2. Welke vorm van voorlichting sluit aan?

Kijk welke vorm van voorlichting het beste aansluit bij de doelgroep en de boodschap die je wilt overbrengen. Er zijn verschillende vormen van voorlichting mogelijk. Denk aan een video, presentatie, flyer. De ene persoon heeft een voorkeur om de boodschap te lezen, de ander voor afbeeldingen of een film en de ander voor luisteren. Je kunt ook een mix van vormen gebruiken.

3. Betrouwbare informatie met bronvermelding

Zorg er voor dat herkenbaar is waar de informatie vandaan komt. Vermeld altijd een bron en geef aan waar mensen terecht kunnen met vragen. Men zal de informatie eerder aannemen als het van een betrouwbare bron afkomstig is. Denk ook aan het gebruik van logo’s.

4. Benut bestaande informatiebronnen

Gebruik de bestaande (algemene) informatie om je voorlichting samen te stellen, zoals de brochures op de websites:

5. Zorg voor toegankelijke informatie

Zorg dat de informatie toegankelijk is voor iedereen. Pharos heeft een aantal handige
documenten gemaakt om passende, laagdrempelige voorlichting te geven:

Terug naar boven

Leerzame voorbeelden

Gemeente Aalten maakt gebruik van films

Alles voor Sophie

In de gemeente Aalten maken ze gebruik van de 2Doc-documentaire ‘Alles Voor Sophie’ (foto) en de film ‘Still Alice’ om medewerkers van de gemeente en zorgorganisaties te informeren over de ziekte Alzheimer. Ze bereiken hiermee mensen die bij mensen met dementie achter de voordeur komen, maar ook bijvoorbeeld caissières van winkels.

Lezingen, trainingen en scholingen door het hele land

In de Regio Zuid-Kennemerland kunnen bewoners terecht voor een lezing in de buurt. In Alkmaar bereiken ze met scholingen vrijwilligers, scholen, sportverenigingen, culturele instellingen, maar ook medewerkers van winkels en openbaar vervoer. In het hele land worden trainingen, scholingen en e-learnings georganiseerd. Je kunt gebruik maken van de inventarisatie deskundigheidsbevordering voor mantelzorgers en vrijwilligers of die voor zorgprofessionals.

Terug naar boven

Signalen herkennen

Signalen dementie

Bij dementie denk je misschien alleen aan vergeetachtigheid. Er zijn nog meer signalen waarop je kunt letten. Belangrijk hierbij is dat je let op wat je ZIET, HOORT en VOELT (wat voel jij en wat geeft de cliënt aan over hoe hij/zij zich voelt). Als je later in gesprek gaat met de cliënt/mantelzorger kun je dan namelijk heel concreet zijn in je observaties en de signalen benoemen. Mogelijke signalen:

  • Verminderd geheugen en oriëntatievermogen
  • Moeite met nieuwe dingen leren
  • Afasie
  • Agnosie en apraxie
  • Verminderde zelfredzaamheid
  • Verminderd probleemoplossend vermogen
  • Gedragsverandering
  • Minder sociale contacten en minder levensvreugde

Terug naar boven

Tools voor vroegsignalering

Er zijn diverse tools, tests en trainingen die kunnen helpen bij het signaleren van dementie:

SignaLeren

Terug naar boven

Signalen melden of niet?

Hoe ver gaat de verantwoordelijkheid en bevoegdheid van de zorgprofessional eigenlijk als het gaat om het melden van signalen in deze fase? Het is je verantwoordelijkheid om signalen te delen met de cliënt of de contactpersoon. Dit is je zorgplicht. Als de cliënt of contactpersoon toestemming geeft dat jij de huisarts ook inlicht over je signalering, dan ben je bevoegd om dit te doen. Een huisarts kan hierbij vragen om schriftelijke toestemming, zodat hij ook informatie terug mag koppelen aan jou.

Als de cliënt of contactpersoon de signalen wegwuift of negeert, of als hij jou geen toestemming geeft om de signalen te delen met de huisarts, dan ben je niet bevoegd om dit te doen. Je kunt dan proberen de cliënt te motiveren om hier zelf contact over op te nemen met de huisarts.

Er is één uitzondering: als de veiligheid van de cliënt in het gedrang komt, is het jouw zorgplicht om je signalen wel te delen, ook zonder toestemming van de cliënt zelf. Voor gevaarcriteria thuis, kun je contact opnemen met Veilig Thuis. Je kunt bij Veilig Thuis advies inwinnen, of een melding doen. Dat kan ook bij de website Ik vermoed huiselijk geweld. Je mag dan ook de huisarts bellen en je signalen en zorgen delen.

Terug naar boven

Specifieke doelgroepen

Bij het geven van informatie en voorlichting is het van belang extra aandacht te geven aan deze specifieke groepen: mensen op jonge leeftijd, mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een migratie achtergrond.

1. Mensen met dementie op jonge leeftijd

Bij dementie denken we al gauw aan ouderen. Toch komt dementie ook voor bij mensen die jonger zijn dan 65 jaar. Vaak nog in de bloei van hun leven. Hun veranderende gedrag zorgt thuis en op het werk voor onzekerheid en spanningen. Wat zijn de signalen? Hoe zorg je voor een juiste diagnose? We zetten wat materialen en informatie voor je op een rij:

Herken jonge mensen met dementie

Materialen

Meer lezen

2. Mensen met een verstandelijke beperking

Mensen met een verstandelijke beperking worden steeds ouder. Daardoor wordt de kans dat zij gaan dementeren steeds groter. Het is bij mensen met een verstandelijke beperking lastig om dementie te herkennen, omdat ze soms bepaalde vaardigheden (zoals lezen, rekenen, zich oriënteren, etc.) nooit hebben gehad. Het is daarom belangrijk om gegevens te hebben over hun functioneren tijdens hun volwassen leven, voordat er sprake was van dementie. Materialen die hierbij kunnen helpen:

Materialen

Meer lezen

3. Mensen met een migratie achtergrond

Voorlichting migranten

Goed inspelen op de verschillen tussen mensen – zoals hun achtergrond, hun seksuele voorkeur of hun sociaaleconomische status – is eigenlijk niets anders dan persoonsgerichte ondersteuning en zorg bieden. Toch blijkt in de praktijk dat daar vaak extra aandacht voor nodig is. Niet-westerse migranten hebben bijvoorbeeld 3 tot 4 keer zoveel kans op dementie. Hoe signaleer je dat en hoe maak je dat bespreekbaar?

Materialen

Meer lezen

Terug naar boven

Vrijwilligers en mantelzorgers

Hoe betrek je de naasten, mantelzorgers en vrijwilligers van iemand met de eerste signalen van dementie? Er zijn hulpmiddelen beschikbaar om ook deze mensen te betrekken bij het signaleren.

Materialen

Terug naar boven

Tips om het gesprek aan te gaan

1 Contact maken

Vind een opening voor een gesprek via een gemakkelijk onderwerp

2. Contact houden

Benoem je zorgen en signalen, heb aandacht voor de reactie en emotie en bespreek met wie je de signalen mag delen.

3. Contact afsluiten

Vat het gesprek samen en spreek het vervolg af

Terug naar boven